Prinsjesdag 2018: De belangrijkste plannen
19 september 2018
Minister van Financiën Hoekstra presenteerde gisteren de Miljoenennota 2019 en het belastingplan 2019. De regering zet in op het verlagen van lasten op arbeid, het tegengaan van belastingontwijking en -ontduiking, het verbeteren van het Nederlandse vestigingsklimaat en een groener en beter uitvoerbaar belastingstelsel.
We zetten hier kort de meest in het oog springende fiscale wijzigingen voor u op een rij. Let op! De Tweede en Eerste Kamer moeten hier nog over beslissen.
1. Inkomstenbelasting
De inkomstenbelasting kent voor mensen jonger dan de AOW-gerechtigde leeftijd vanaf 2021 nog maar twee in plaats van vier belastingschijven. Het basistarief wordt verhoogd naar 37,05% (1e schijf) echter de schijf wordt opgerekt naar € 68.507, daarna geldt een toptarief van 49,5%
2. Box 2-tarief stijgt minder hard
De inkomstenbelasting in box 2 (uitkering van dividenden van uw B.V.) stijgt van nu 25% naar 26,25% in 2020 en 26,9% in 2021.
3. Verhoging btw-tarief naar 9%
Per 1 januari 2019 gaat het lage btw-tarief omhoog van 6% naar 9%. Dit btw-tarief geldt bijvoorbeeld voor levensmiddelen, sportbeoefening en recreatie.
4. Toptarief vennootschapsbelasting 22,25%
Voor belastbare bedragen (winsten) tot € 200.000 wordt het vennootschapsbelastingtarief verlaagd van 20% naar 19%, in 2020 naar 17,5% en in 2021 naar 16%. Het tarief op de vennootschapsbelasting voor belastbare bedragen boven € 200.000 zal 22,25% bedragen in 2021. In 2019 daalt dit hoogste tarief voor de vennootschapsbelasting naar 24,3%.
5. Verlaging afschrijven bedrijfsonroerendgoed
De afschrijving op onroerend goed in eigen gebruik in de vennootschapsbelasting wordt beperkt. Nu mag nog tot 50% van de WOZ-waarde worden afgeschreven. Per 1 januari 2019 mag niet verder meer worden afgeschreven dan tot 100% van de WOZ-waarde.
6. Verrekening verliezen in de vennootschapsbelasting beperkt
In 2019 kunnen ontstane verliezen in de vennootschapsbelasting in plaats van negen jaar nog maar zes jaar voorwaarts met winsten verrekend worden. Verliezen die zijn ontstaan voor het boekjaar 2019 kunnen nog steeds negen jaar voorwaarts met positieve resultaten verrekend worden.
7. 7% bijtelling op fiets van de zaak
De huidige regeling voor vaststelling van het privégebruik van een fiets van de zaak wordt vereenvoudigd door per 1 januari 2020 een bijtelling op basis van een vast percentage in te voeren. Deze bijtelling bedraagt 7% van de door de fabrikant vastgestelde consumentenadviesprijs.
8. Vrijwilligersvergoeding
De maximale vergoeding die vrijwilligers belastingvrij mogen ontvangen gaat omhoog met € 200 per jaar. Onder voorwaarden is het huidige bedrag voor 22-jarige en ouder € 1.500 per jaar en maximaal € 4,50 per uur.
9. Rekening-courant maatregel
Het kabinet gaat een zogenoemde rekening-courantmaatregel uitwerken. Het lenen van de besloten vennootschap boven een bedrag van € 500.000 door de directeur-grootaandeelhouder zal worden ontmoedigd. De contouren waaraan gedacht wordt is dat het meerdere geleende bedrag boven € 500.000 zal belast worden tegen box 2 tarief. De voorgenomen wijzigingsdatum is 1 januari 2022.
10. Modernisering kleineondernemersregeling
Tot en met het jaar 2019 zal de kleine ondernemersregeling alleen gelden voor de eenmanszaken (en v.o.f.’s), waarbij op jaarbasis minder dan € 1.883 per saldo verschuldigd is. Vanaf 2020 zal de kleine ondernemersregeling gelden voor alle ondernemingen mits de omzet in een boekjaar niet hoger is dan € 20.000.